Ze liet paarden op haar buik balanceren en tilde zomaar vier mannen op: het vergeten verhaal van Athléta, sterkste vrouw ter wereld | Het Nieuwsblad

2022-05-14 03:07:01 By : Ms. Hong Shi

Ze liftte vier mannen in één beweging van de grond, en wandelde gracieus met hen door de zaal. Ze liet twee paarden op een plank op haar buik balanceren, zonder een spier in haar gezicht te vertrekken. Op het einde van de 19de eeuw kende de héle wereld de Belgische Athléta, als de sterkste vrouw die op de aardbol rondliep. Vandaag is ze zelfs in eigen land vergeten. Tot journalist Cedric Lagast in een archief haar brieven terugvond.

Het was een vreemde tekening van een kokette vrouw die vier mannen optilde, die afgelopen zomer mijn aandacht trok. Ik deed in het Rijksarchief opzoekingswerk voor een reportagereeks over de 19de-eeuwse moordonderzoeken, toen uit één van de archiefdozen een oude, vergeelde circus­affiche dwarrelde. Met de affiche maakte het Circus Rancy in 1896 reclame voor Athléta, la femme la plus forte du monde, die in de Franse stad Reims zou optreden.

Athléta draagt geen tijgervel, zoals je van de “sterkste vrouw ter wereld” zou verwachten, maar een groene galajurk. Ze steekt een grote zwarte halter met twee grote bollen in de lucht, zoals je die kent uit stripverhalen, en daaraan bengelen twee mannen. De twee hebben een zwart rokkostuum aan: een nette smoking met slippen.

Achter de vrouw zijn nog twee mannen, in eenzelfde rokkostuum, op haar schouders geklommen. Alle vijf glimlachen ze, alsof er niets abnormaals te zien is.

Wat was dit? Ze was een Belgische, zag ik. Uit de politiedocumenten die erbij zaten, begreep ik dat Athléta in héél Frankrijk opgespoord werd, in het kader van een moordonderzoek. Op een andere ­foto leunde ze nonchalant in badpak tegen een zuil aan. Maar nu heette ze in het bijschrift plots ­Fanny. Wie was deze vrouw? Als ze ooit de sterkste vrouw ter wereld was geweest, dan zouden we haar toch nog moeten kennen?

Er is vandaag amper iets over Athléta te vinden. Er zijn geen boeken, geen standbeelden, geen straten naar haar vernoemd. Op het kerkhof van Elsene, waar beroemdheden uit die tijd zoals Victor Horta en Ernest Solvay begraven liggen, is haar graf al lange tijd opgeruimd. Athléta is vergeten.

De kranten in de 19de eeuw hadden nochtans de mond vol over haar: Athléta was een superster. “De directeur van het Circus Ducos beschikt dit keer over een attractie die heel Luik lokt”, zo schreef de Waalse krant La Meuse in 1895. “Gisteravond moesten alweer honderden mensen geweigerd worden. Het is dit keer geen man, maar een jonge mooie vrouw die het enthousiasme van de enorme menigte opwekt. Het publiek gaf haar een staande ovatie, zwaaiend met hun hoeden en hun zakdoeken. Ze waren uitzinnig. En eerlijk: deze vrouw verdient zo’n ontvangst.”

Stel u een grote, kloeke vrouw voor met brede ­armen, een smalle taille en kort zwart krullend haar. Athléta was 1 meter 70 groot, ze woog 83 kilogram, en ondanks haar gespierde lichaam beantwoordde ze helemaal aan het schoonheidsideaal van die tijd.

In de kranten werd ze telkens een schoonheid genoemd. In alle steden waar een optreden werd aangekondigd, stonden ze in lange rijen aan te schuiven. Die bewondering ging verder dan Brussel, Gent, Mechelen en Luik. Athléta zorgde ook voor enorme publiekscijfers in Rotterdam, Parijs, Reims, Hannover, München, Londen, Newcastle, Edinburgh, Glasgow, Praag, Boedapest, Leipzig, ­Wenen en zelfs New York. Overal wilden ze de vrouw zien, die “zware gewichten ophief en er met de glimlach op de lippen mee rondwandelde, als was het kinderspel”.

Volgens de Waalse kranten was ze geboren in Luik, en de Gentse kranten noemden haar een Gentse. Maar Athléta werd in Antwerpen geboren op 20 april 1865, en haar echte naam was Maria Zachritz. Haar familienaam verklapt dat ze van Duitse afkomst was. In interviews zou Athléta ­later vertellen dat haar vader Philippus Zachritz en haar moeder Emma Kirschner circusartiesten ­waren, en dat het beroep haar met de paplepel was ingegeven.

Toch zou het tot 1890 duren vooraleer ze wat succes kreeg. Ze was toen al moeder van vier kinderen. Op haar 18de was Athléta met Gomaar Van Huffelen uit Lier getrouwd. Ze ging met hem in de Zwaardstraat wonen, een klein beluik in de Brusselse Marollen. Omdat Van Huffelen een borstelmaker was, noemden ze haar daar niet Athléta, maar ‘Mie Borstel’.

Om iets bij te verdienen, trok Van Huffelen rond met een circustentje van 15 op 7 meter. ­Circus ­Eldorado, noemde hij het. Op het programma stonden acrobatie, goochelen én een krachtatlete – zijn eigen vrouw.

Aanvankelijk had Maria het eerst geprobeerd als slangenmens, als evenwichtsacrobate op een koord, en als kanonnenvrouw – waarbij de illusie werd gewekt dat ze uit een kanon werd weggeschoten. Maar pas toen ze het als krachtpatser probeerde, werd ze door de grote circussen opgemerkt. ­Allemaal smeekten ze haar om ook in hun tent te komen optreden.

Eerst kreeg ze van de circusdirecteurs de artiestennaam “Miss Fanny”, wat haar een modern, ­internationaal imago moest geven. Maar uiteindelijk werd het Miss Athléta – “want het lijkt erop dat in het circus alle vrouwen Miss moeten heten, zelfs als ze zoals Athléta trots zijn op hun Brusselse ­afkomst”, zo schreef de krant La Réforme in 1895.

“Eerst doet Athléta enkele oefeningen met halters. Maar die vervangt ze al snel door mannen”, aldus de Luikse verslaggever. “Ze wandelt rond terwijl ze twee mannen met gestrekte armen ronddraagt. Vervolgens klimmen twee mannen langs weerszijden op haar schouders. Daarna grijpt ze een halter vast, die ze boven haar hoofd vasthoudt. Daaraan komen nog eens twee mannen zich vastklemmen. Geladen met al dit gewicht, wandelt Athléta rond, en draait ze rondjes. Het is bijna onvoorstelbaar. Om af te ronden, gaat ze op de grond liggen en draagt ze een plank op haar buik, waarop twee ­volwassen paarden balanceren. Alles goed voor een gewicht van 850 kilogram.”

In latere jaren werd Athléta vooral een worstelaar. Van Huffelen had in de Marollen Jean Devos leren kennen, een Vlaamse kolenboer die een ­baraque uitbaatte waar worstelwedstrijden georganiseerd werden. Het was een louche zaak, maar Devos herkende in de vrouw het talent van een worstelaar. Door die Devos zou ze later in heel Frankrijk gezocht worden.

In het circus nodigde Athléta bekende worstelaars uit om tegen haar te vechten. Of ze daagde mannen uit het publiek uit, om het tegen haar op te nemen.

“Ze heeft een diepgaande kennis van het Romeins worstelen, en haar tegenstanders ontdekken in haar een worstelaar met spierkracht, behendigheid en een verbazingwekkende souplesse”, noteerde de krant La Meuse. “Ze beëindigde de kamp door de man tegen de grond te gooien. Dat resultaat verhoogde het enthousiasme op de publieksbanken, en zorgde voor een formidabele ovatie voor Athléta.”

Athléta werd ook in andere kranten bejubeld. “Op een dag, toen ze uit het Brusselse Noordstation kwam, merkte ze een samenscholing in één van de straten”, zo noteerde een journalist. “Een potige kerel sloeg een vrouw, en de menigte errond durfde niks te doen. Ze zette haar twee valiezen neer, en verweet de man dat hij een lafaard was. De kerel sprong daarop recht, zijn hand opgeheven, om meteen een vuistslag in zijn gezicht te krijgen die hem buiten westen werkte. Daarop nam madam Van Huffelen kalm haar valiezen op en stapte ze op de tram, alsof er niets gebeurd was.”

Op 28 juli 1896 viel de gendarmerie in de Franse stad Boulogne-sur-Mer binnen in de woonwagens van Circus Rancy, op zoek naar Athléta. In Brussel was haar leermeester Jean Devos opgepakt als verdachte van de moord op een rijke weduwe. Haar juwelen waren gestolen. Omdat Devos te pas en te onpas Athléta achterna reisde, dachten de speurders dat hij de juwelen misschien bij haar verstopt had.

De Franse gendarmes beseften al snel dat dit een dood spoor was. “We vonden geen juwelen, zoals u er zoekt”, aldus een politieverslag. “We troffen wel verschillende contracten aan waarmee deze vrouw grote sommen verdiende, en wat haar toeliet rijkelijk te leven.”

Door het onderzoek kunnen we nu nog altijd de boekhouding van Athléta inzien. Ze verdiende 3.000 Belgische frank en meer, pér week. In die tijd een fenomenaal bedrag. Om een idee te geven: een 28-jarige worstelaar die ook ondervraagd werd, verdiende acht frank per week.

“Circusartiesten reisden in die tijd van stad naar stad, van contract naar contract”, zegt Gwendolien Sabbe. Voor haar project ‘Circus Nomads’ doet ze onderzoek naar Belgen die, zoals Athléta, tussen 1900 en 1940 in de VS met circussen rondtrokken.

Artiesten sloten een contract voor een periode, meestal enkele weken. “Als je act goed was, kon je flink geld verdienen. Je kon jezelf opwerken op de sociale ladder. Zo waren er Belgen die vier jaar in Amerika toerden, en achteraf met dat geld in Vlaanderen bijvoorbeeld een café begonnen. Dat ook vrouwen veel geld verdienden, was niet abnormaal. Bij bepaalde acts verdienden vrouwen meer dan mannen.”

“De theaters hier in Londen zijn allemaal dicht door de grote hitte. Binnen 15 dagen gaan we naar Manchester. Tegen 15 november moeten we alweer in Parijs zijn, om twee maanden lang in het wintercircus op te treden. Daar gaan we een nieuwe truc opvoeren, met een groot paard en een soldaat op de plank”, zo schreef Athléta op 15 augustus 1893. Bij het politieonderzoek werden ook een 15-tal brieven die ze tussen 1892 en 1896 aan Devos schreef, in beslag genomen en gearchiveerd. Het geeft een inkijk in het leven achter de schermen.

Athléta reisde altijd door Europa met haar echt­genoot, vier helpers en de twee paarden die ze optilde. Dat waren eigenlijk pony’s, zo blijkt uit de brieven. “Goeie vriend Jean, ik heb nu een goeie ­pony van vijf jaar oud gevonden. Maar helaas, hij weegt 60 kilogram meer dan Fanny”, zo pende Van Huffelen.

Ook de mannen uit het publiek tegen wie Athléta worstelde, bleken vaak kennissen van haar te zijn, die ze door Devos vanuit Brussel haar liet achterna reizen. “We moesten ons altijd laten vallen”, bekende één van hen bij een ondervraging.

Het echtpaar Van Huffelen ergert zich vooral als ze niet kunnen optreden. Want dat is tijdverlies, én en een verlies van inkomsten. “We hebben een nieuwe agent in de arm genomen. Want tijdens de twee weken dat we in Brussel waren, hebben we geen enkele keer kunnen optreden”, foetert Athléta in haar brieven. “Ik weet nog niet of ik naar Hannover ga. De directeur hier in Parijs heeft me gevraagd of ik een maand langer wil blijven. Ge kunt wel denken dat ik liever hier zou blijven, dan die grote reis te maken, en dat maar voor 14 dagen.”

Enkele dagen later: “Wij blijven in Parijs, en gaan daarna naar Gent om bij het circus Ducca op te treden. Wilt ge de goedheid hebben om mijn pony’s al naar Gent te brengen? Je zou me daar een groot plezier mee doen. Als ze vragen vanwaar je komt, zeg je maar dat je van Parijs komt. Vergeet de plank niet!”

Na Athléta kwamen er nog vrouwelijke krachtpatsers. Ze werden allemaal de ‘vrouwelijke Hercules’ genoemd. Het werd een fenomeen, rond 1900. “Maar Athléta moet de eerste geweest zijn. Toch zeker in België”, zegt André De Poorter, een kenner van onze nationale circusgeschiedenis. Maar was ze ook de sterkste? “Ze heeft ooit een som geld ­beloofd aan de vrouw die met haar om de titel wilde strijden”, zo schreef het Britse The Music Hall and Theatre Review op 16 december 1892. “Tot nu toe tonen haar rivalen weinig zin om daar op in te gaan. Mogelijk is dat verstandig, aangezien Athléta nog nooit haar volledige vorm heeft vertoond. Het is uiterst twijfelachtig of er een vrouw is die haar kan evenaren, laat staan verslaan. Hoe dan ook: aan­gezien niemand de handschoen opnam, heeft ze het volste recht om zich de sterkste vrouw ter wereld te noemen.”

De enige vrouw die haar lijkt te hebben kunnen evenaren was Sandwina – de artiestennaam van de Duitse Katie Brumbach. Maar Sandwina werd 20 jaar na Athléta geboren. Ze hebben zich nooit met elkaar gemeten.

Schrijvers probeerden de strijd dan op basis van statistieken te beslechten. De twee waren aan elkaar gewaagd: Athléta had biceps met een omtrek van 42 centimeter, en die van Sandwina maten 44 centimeter. Athléta zou in Bordeaux een gewicht van 90 kilogram boven zich opgetild hebben. Sandwina dan weer 135 kilogram, in New York.

“Misschien vind je vandaag, nu vrouwelijke atleten zo talrijk zijn geworden, wel vrouwen die het nog beter doen dan Athléta”, schreef de Franse professor Edmond Desbonnet in 1911 in zijn boek Les rois de la force. “Maar het is zeker waar, dat zij de eerste was. Dat in de tijd toen zij triomfeerde, al die haar bezig zag beduusd achterbleef. Er zijn anderen gekomen, zoals de schitterende Sandwina. Maar geen van hen kan doen vergeten, zij die Athléta één keer aan het werk zagen. ”

Desbonnet legde ook uit waarom ze stunts zoals met de halters op de affiche verzon. “Haar geheim was dat ze begreep dat het geen zin had om steeds zwaardere gewichten te tillen om indruk te maken. Ze werkte met objecten die mensen kenden, en waarvan ze het gewicht konden voorstellen: mannen, paarden, of volle vaten. Athléta was echt de ­koningin van de kracht.”

Bij het begin van de 20ste eeuw kondigde Athléta haar pensioen aan. In enkele jaren tijd had ze een enorme som geld verdiend. In 1896 ontdekten de gendarmes al dat ze 36.000 frank op haar ­spaarboek had staan. Een fenomenaal bedrag. Ze liet in Sint-Niklaas een grote villa bouwen, die ze Villa Athléta noemde, en waar ze zich terugtrok met haar man en kinderen. Vandaag huist er een dierenkliniek in het huis. Het koppel zou nog ­verschillende andere huizen in Brussel gehad ­hebben.

“Aanvankelijk werd in het Vlaamse Sint-Niklaas gelachen met de vrouw, toen ze hoorden dat ze in het circus had gewerkt”, zo schreef de Franstalige krant La Vingtième Siècle in 1902. “Maar op een dag stelde ze een voorbeeld. Twee pummels die met haar de spot dreven, wreef ze met de neuzen tegen elkaar, nadat ze een derde al een paar klappen had verkocht. Sindsdien respecteerden ze haar.”

Haar drie dochters, alle drie het evenbeeld van hun moeder, probeerden in haar voetsporen te treden als krachtpatser. Athléta zou nog even met hen rondtrekken, om hen een duwtje te geven, en de drie zussen mochten optreden in het beroemde theater Folies Bergère in Parijs. Ze zouden samen rondreizen – tot in Amerika toe. Maar ze zouden nooit hun moeder evenaren. Misschien omdat de tijd van de krachtpatsers al voorbij was.

De oudste, Fernanda, die zich Brada liet noemen, stierf in 1917 nadat ze gescheiden was van haar man, een circusdirecteur. Louise trouwde met de Franse artiest Gaston Palmer, een jongleur, en ze zou met hem rondreizen tot ze zich samen in Frankrijk terugtrokken.

Alleen de jongste dochter Anna zou haar moeder nog overtreffen – maar niet als krachtpatser. In de Verenigde Staten leerde ze haar echtgenoot Frank Orth kennen, en allebei bouwden ze een succes­volle carrièrre uit als acteurs in Hollywood. Anna-Maria Van Huffelen, die zich daar Ann Codee liet noemen, zou in meer dan vijftig Hollywoodfilms optreden, aan de zijde van sterren zoals Fred ­Astaire. Daarmee is ze allicht de meest succesvolle Belgische actrice in Hollywood.

Athléta zou die opgang van haar jongste dochter niet meer meemaken. In 1917, in volle oorlogstijd, verliet ze Sint-Niklaas en verhuisde ze terug naar Brussel. Ze zou er tien jaar later, op 11 november 1927 overlijden.

Wil jij toegang tot alle artikels van Het Nieuwsblad? Duik in onze plusartikels en lees er elke maand 3 naar keuze gratis.